[Alkmaarsche Courant; 23 december 2004]
VAN ONZE VERSLAGGEVER MARK MINNEMA
ALKMAAR -In vrij korte tijd hebben twee architecten visionaire, om niet te zeggen futuristische plannen gepresenteerd die de horizon van Alkmaar ingrijpend kunnen veranderen. Enige tijd geleden was het Bergenaar Maarten Min, die een opmerkelijk plan maakte met 'poorten', flinke gebouwen, die de entrees naar de stad zouden moeten markeren.
Flatgebouw zoals architect Sander Douma dat voor ogen staat
En dinsdagavond was daar Sander Douma. Op een voet balveld van Alcmaria Victrix tekent hij een gebouw van negentig (sic!) meter hoog. Meer dan het dubbele van wat Alkmaar nu als maximum kent. En daar laat hij het niet bij. Op iedere hoek van de kruising bij Alcmaria en De Meent plaatst hij gebouwen die we in Alkmaar qua hoogte niet kennen.
Je zou het idee bijna als provocerend kunnen kwalificeren. Heeft Douma willen provoceren? Hij zegt: "Provocerend was het ook toen de flats aan de Van der Veldelaan werden gebouwd tegenover rijtjeswoningen." Die flats zijn elf lagen hoog. De flat die Douma nu tekent telt dertig lagen.
Dan zakt de architect door de knieën om zijn maquette op ooghoogte te bestuderen. Kijk, legt hij uit: als je een hoog slank gebouw maakt, is dat mooier en minder storend dan een lager maar platter gebouw.
Douma was al bezig met dit idee, toen Maarten Min het zijne afgelopen najaar presenteerde. Je zou kunnen zeggen dat beide architecten met hun 'provocerende' visies de geesten rijp maken voor wat volgens velen -onafwendbaar is. Namelijk dat bouwen in de hoogte noodzakelijk zal zijn, omdat in de bestaande stad de ruimte ontbreekt. Op enkele plekken na (Schelphoek, Overstad) die de komende jaren worden volgebouwd. Je kunt op ieder plukje groen dat over is een huis zetten, maar dat creëert uiteindelijk een onleefbare stad. Dat is de boodschap die de plannenmakers (PvdA, Douma, Alcmaria) dinsdag ventleerden.
Het is het verhaal dat de mensen van de praktijk - ontwikkelaars, woningcorporaties – al veel langer vertellen: het zal de hoogte in moeten. Weliswaar klinkt dat geluid ook al jaren binnen de politiek, maar die draait er omheen als een kat om de hete brei. Debet daaraan zal zijn dat zich met de Onafhankelijke Partij Alkmaar ook een belangrijk tegenstroming manifesteert. Het zet de politieke verhoudingen op scherp.
En ja, bouwen in de hoogte verkoopt politiek niet lekker. Raadslid Gerard Bannink (Leefbaar Alkmaar) zei het dinsdag treffend. "De politieke partij die hier tegen is, zal in De Hoef veel stemmen krijgen." Zelf staat hij er niet afwijzend tegenover, geeft hij toe. Want de kinderen van zijn kinderen willen toch ook wonen? En GroenLinks-raadslid Anjo van der Ven grapt: "Bij elke inspraakronde gaan er tien meter af, kom je uit op vijftig."
Makelaar Hans van de Leygraaf waarschuwde dinsdag voor het gevaar om beelden te tonen van zulke plannen. Je loopt het risico dat de discussie alleen gaat die tekening, wat afleidt van het meer principiële debat over de ambities en de mogelijkheden. Directeur Pierre Sponselee van Woonwaard is blij dat het woord 'hoogbouw' eindelijk gebruikt mag worden. "Maar de vraag is niet: hoe hoog kun je, maar wat heb je nodig. Wil je bijvoorbeeld een studentenstad zijn." Wethouder Cor van Vliet noemt als voorwaarde dat de architectuur verantwoord moet zijn. Wat dat betreft 'loopt Alkmaar twintig jaar achter', meent hij. Elders inden lande is al veel gebeurd wat betreft architectuur en hoogbouw.
Van der Leygraaf wijst er echter ook op dat heel hoog niet echt verkoopt. Zo zijn meer kanttekeningen te plaatsen. Hoe verhoudt dit zich tot de, door de politiek zelf bevochten, groene Westrand? "Het brengt geen nieuwe functie in de Westrand”, verdedigt PvdAér Jan Jansen het idee.
“Maar inderdaad, de horizon zal wel veranderen.”
Dat is nog zacht uitgedrukt.